Uitleg sneeuw
In de winter valt er soms tot regelmatig sneeuw in Nederland. Dit hangt vaak van af wat voor wind je hebt. Komt de wind vaak uit een zuidelijke hoek is de kans op winterweer hier in ons land erg klein, omdat we dan een aanvoer van zachte lucht hebben. Komt de wind uit het noordoosten of oosten dan is de kans op winterweer vaak het grootst. Vaak wordt er dan kou vanuit Rusland (De Russische beer wel eens genoemd) naar Nederland getransporteerd. Een wind vanuit het noorden wil ook nog wel soms, maar dat hangt van het patroon af. Een wind vanuit het noordwesten of westen brengt meestal wisselvallig weer met zich mee.
Sneeuw is een neerslagsoort dat bestaat uit ijskristallen. Wanneer de
temperatuur op hoogte (in de atmosfeer) onder het vriespunt komt valt
de neerslag in de vorm van sneeuw of natte sneeuw. Het mag dan ook niet
te koud zijn, want dan is de lucht zo droog dat er weinig valt. Op de
Zuidpool is het bijvoorbeeld zo koud dat er per jaar maar heel weinig
sneeuw valt.
Kristallen
Sneeuwkristallen worden gevormd uit bevroren water. Het ene na het
andere waterdeeltje gaat aan een heel klein stofje zitten en samen maken
ze een ster. Dat kan op verschillende manieren gebeuren gezien elk
sneeuwkristal er anders uitziet. Op hun weg naar de aarde plakken de
sneeuwkristallen aan elkaar vast en vormen ze een sneeuwvlok. Dat kunnen
grote, maar ook kleine vlokken zijn. Dat hangt van de intensiteit af.
Proefje
Je kunt ook zelf de ijskristallen waarnemen. Het enige wat je nodig hebt
is een donker papiertje en een sneeuwbui. Zodra je de sneeuwvlok hebt
opgevangen kan je deze bekijken met een behulp van een vergrootglas.
Kijk wel uit dat je niet uitademt in de richting van de sneeuwvlok, want
dan verdwijnt die als sneeuw voor de zon... eh, voor jouw adem. Door
het vergrootglas zie je allemaal verschillende soorten ijskristallen.
IJZEL
IJzel is 1 van de gevaarlijkste weersituaties. IJzel ontstaat wanneer er
(ijs)regen naar beneden komt. Als de grondtemperatuur onder het
vriespunt ligt kan er een laagje ijs vormen op de weg. Hierdoor wordt
het verraderlijk glad! Maar hoe ontstaat zoiets? Voor deze vraag gaan we
even hoog de lucht in. Wat we al eerder noemde: Op alle luchtlagen moet
de temperatuur onder het vriespunt liggen. De belangrijkste is de 950hpa
temperatuur op 700 meter hoogte. Wanneer deze luchtlaag boven de 0
graden komt, ontstaat er een smeltlaag, sneeuwvlokken die in deze
luchtlaag komen smelten tot regen. Onderin ligt de temperatuur weer
iets onder het vriespunt, waardoor de regendruppels dan weer bevriezen.
Dit noemen we dan ijsregen.